Disca T
in lichtflitsen
Onder de zachte gloed van een staande lamp,
Fluistert het de dans van rustgevende schaduwen.
Blazen glas, fragiel en kostbaar, Rekt zich uit in golven, als een mysterieuze adem.
Zijn gestreepte lichaam vangt het licht,
Breekt het af in flitsen en vonken.
Elke lijn, elke rilling, Weeft een illusie uit de helderheid.
Daar, in zijn delicate gloed, Schuilt edel hout, eik met een stille ziel.
Zijn aderen, diep grijs, vertellen het verhaal van tijd,
Hij, stevig en majestueus, waakt in stilte.
Samen vormen ze een poëzie, Waar het glas huivert en het hout bloeit.
Schaduw en licht omarmen elkaar zachtjes